Door Bert Braspenning

Oh, oh wat een prachtig kinderfeest. Ieder jaar viert de Goed Heiligman op 5 december zijn verjaardag en brengt hij met zijn gevolg bij alle kleine kindertjes een cadeautje. Een feest dat al heel lang bestaat en waarover de laatste jaren nogal commotie is. Sinterklaas zijn trouwe knecht is Zwarte Piet en daarnaast heeft de Sint nog meer knechtjes van dezelfde kleur. De discussie gaat om de zwarte kleur en om de naam knecht, die trouwens al is verdwenen, die is volgens de anti Zwarte Piet groep discriminerend is. Veel vinden dit ver gezocht maar helaas heeft de discussie er voor gezorgd dat de hulpjes van Sinterklaas niet overal meer zwart zijn. Jammer dat grote mensen zo ver gaan. Gelukkig hebben de kinderen er geen weet van en zingen tot aan 5 december elke avond Sinterklaas liedjes in de hoop de volgende morgen een presentje in hun schoen te vinden. Ook ik heb me als kind elke avond bij de kachel blauw zitten zingen en om er zeker van te zijn dat ik de volgende morgen iets in mijnschoen had en lag ik voor alle zekerheid een wortel en wat hooi neer voor het prachtige witte paard van Sint Nicolaas. Als kind kon je er niet van slapen en ‘s morgens in alle vroegte het bed uit om te kijken of de Sint was geweest. Nu ben ik zelf opa en zong samen met mijn kleinkinderen het hoogste lied, helaas zijn die ook al weer te groot om in Sinterklaas te geloven. Op mijn leeftijd ga je bijna opnieuw in Sinterklaas geloven, echt waar. Er zijn heel wat jaren geweest dat ik op mijn verlanglijstje alleen maar spullen voor mijn duiven had staan. In Nederland is het Sinterklaasfeest vele generaties belangrijker geweest dan kerstmis. Steeds meer krijgen de kerstdagen de overhand door op die dagen elkaar in familiekring te verrassen met een waardevol cadeau. Kerst is een groot familiefeest ook al weten velen niet waar het precies om gaat. Wij zijn al druk bezig met de voorbereidingen helaas is dat in een groot deel van de wereld niet het geval.

Winterkweek

In duivenland is de winterkweek waar we ons druk over maken. Op vele hokken zitten de kweek en misschien ook wel de vliegduiven weer bij elkaar. Het seizoen is gevoelsmatig nog maar pas ten einde of de nieuwe generatie dient zich alweer aan. Ik weet zeker dat op veel hokken de definitieve selectie nog niet afgerond is. Het is ook geen eenvoudige opgave om te beslissen welke duiven wel of niet mogen blijven. Het valt niet mee om afscheid te nemen van duiven waar je enkele jaren intensief mee bezig bent geweest. Vooral bij de oudere duiven is het moeilijk om te beslissen over leven of dood. Iedereen weet dat we niet alle duiven kunnen houden onze hobby vraagt immers ook om rasverbetering en daar hoort een strenge selectie bij. Als kind kon ik er niet van slapen als mijn vader had gezegd dat er te veel duiven waren, ik wist dan dat we meerdere weekenden duivensoep gingen eten. Mijn broer die niets met duiven op had was gek op duivensoep en zat meestal als eerste aan tafel. Ik at het wel maar bij elke hap die ik nam moest ik aan de duiven denken en in mijn gedachte hoorde ik ze nog koeren. Zo was het ook met ons konijn. Het hele jaar zorgde je er voor met de wetenschap dat hij er met de kerst aan moest geloven. Zo ging dat niet alleen bij ons thuis, het was in mijn kinderjaren de normaalste zaak van de wereld. In die tijd hadden we nog nooit van winterkweek gehoord. Onze duiven werden meestal in het derde weekend van februari gekoppeld, kweekduiven hadden we in die tijd niet. De vliegduiven waren ook de kwekers. Dit waren niet alleen kwekers het waren allemaal prestatieduiven zonder naam we kenden alleen de laatste drie cijfers van het ringnummer. Bij duiven die verkocht of geschonken werden zat alleen een eigendomsbewijs met aan de achterkant het ringnummer van de duivin en de doffer. Daar moest je het mee doen en daar had je in die tijd ook genoeg aan. Volgens mij waren de kweekresultaten ook beter omdat de selectie veel en veel strenger was dan nu het geval is. De meeste liefhebbers hadden het geld er niet voor om veel duiven te houden. Op veel hokken werd om geld gespeeld ook al waren het geen grote bedragen het telde wel degelijk mee. De meeste liefhebbers kochten hun voer met hooguit vijf kilo tegelijk en dat kostte niet meer dan twee gulden (90 eurocent). Dergelijke bedragen waren meerdere keren per vlucht te verdienen zodat de duiven hun eigen kost konden verdienen. Zo werkte dat, duiven waar de baas alle vertrouwen in had kregen geld mee maar moesten wel het vijfvoudige thuis brengen. Lukte dat enkele keren niet dan hadden ze hun eigen doodvonnis getekend. Tegenwoordig wordt er in Nederland vooral om kampioenspunten gespeeld. Het geldspel, ook al ging het om kleine bedragen, is voor een groot deel uit de sport verdwenen en daarmee ook de kwaliteit van de duiven. Elke duif moest zijn plek verdienen, ook al had hij of zij nog zulke goede ouders of bijzonder presterende broers of zussen,  iedere duif moest presteren. Mogelijk is dat de belangrijkste reden dat er in die jaren minder jonge duiven werden verspeeld. Tegenwoordig wordt er maar raak gekweekt. Overal waar twee vleugels aan zit mag jongen voortbrengen zeker als er een mooie naam bij verzonnen is met daarbij een stamkaart waar, voor een oplettende  liefhebber, niets dan gebakken lucht op staat. Over de duif zelf staat er bijna niets het gaat veelal over de overgrootouders die een keer een aansprekende prestatie hebben neergezet. Maar wat moeten we in godsnaam met zo een nietszeggende duif. Ik kan niet zeggen dat we heden ten dage niet goed bezig zijn wel is het zo dat we in de zeventiger en tachtiger jaren anders en beter bezig waren. Nu we allemaal wat meer geld te besteden hebben is de koopgekte losgebarsten waardoor het aantal teleurgestelde liefhebbers steeds meer toeneemt. In Nederland hebben de liefhebbers het door, zij doen op een enkeling na, niet meer mee om astronomische bedragen neer te tellen. Duivensport wordt steeds meer commercie en dat terwijl je in Nederland niets eens een stoffer en een blik meer kunt winnen. Naamduiven moet je hebben, dan kun je op internet nog wat verkopen. Of je daar de kopers een dienst mee bewijst valt te betwijfelen. We hadden het in dit artikel toch over rasverbetering van postduiven, denk daar dan maar eens goed over na hoe te handelen. Met bewezen vliegduiven heb je niet eens de garantie goede duiven te kweken, laat staan met het soort zoals hierboven omschreven.